De contourherkenning is een belangrijk instrument voor de 2D-beeldverwerking. Daarbij worden randen en overgangen van voorgrond naar achtergrond vastgelegd en op basis van de informatie een contour berekend. De bijzonderheid van de contourherkenning is dat deze ook op betrouwbare wijze werkt bij beïnvloeding door extern licht, omdat het externe licht gewoonlijk op het gehele object valt. Het relatieve verschil tussen voorgrond en achtergrond verschuift, maar de contour wordt toch op betrouwbare wijze herkend. De objectinspectie wordt dan uitgevoerd doordat een referentiecontour wordt vergeleken met het feitelijke object.
Het proces wordt met name gebruikt in de patroon- en vormherkenning, evenals de objectherkenning, zoals die gewoonlijk gebruikt wordt bij het stansen, frezen, draaien of in de montage. De contourherkenning dient in deze sectoren als kwaliteitsborging.
De Blob-analyse is een belangrijke beeldverwerkingsmethode, waarbij de beeldkenmerken worden geselecteerd en geanalyseerd aan de hand van een groep soortgelijke naast elkaar gelegen pixels.
De BLOB (Engels kunstwoord: Binary Large Object) betekent in deze context binary-logic dataobject, wat vrij vertaald een hoeveelheid pixels is met een gelijke logische toestand. De selectie van de naastgelegen pixels gebeurt in het algemeen via de drempelwaardevorming van de grijswaarde. Uit de analyse kunnen dan conclusies worden getrokken over de verschillende kenmerken. Een bekende functie is bijv. de pixelteller.
Die wordt op uiteenlopende manieren gebruikt. Zo kan de Blob-analyse bijvoorbeeld worden gebruikt voor de volledigheids-, aanwezigheidscontrole of de schroefdraadherkenning evenals voor het tellen en sorteren van objecten.
De positiebijstelling gebeurt met behulp van een ankercontour dat eenmalig in het beeld wordt gevonden. Aan de hand van deze contour kunnen zoekgebieden van andere modellen (bijvoorbeeld de zoekzone van een Blob-analyse) qua positie maar ook wat oriëntatie betreft worden bijgeregeld.
Grafische weergave van een positiebijstelling aan de hand van een voorbeeld:
De O2D5-familie van ifm gebruikt een CMOS-beeldprocessor met 1,2 MP (1280 x 960 pixels).
CMOS-beeldprocessoren zijn gemakkelijker, sneller en goedkoper te fabriceren waardoor ze het meest gangbaar zijn in de markt.
De keuze van de juiste belichting voor het maximaal haalbare contrast voor elke pixel is bepalend. De O2D-familie wordt compleet met geïntegreerde, zeer intensieve LED-lichtbronnen in RGB-W (rood, groen, blauw, wit) en infrarood geleverd.
Let op, de beeldsensor is geen kleursensor!
De keuze van een lichtbron met een andere kleur kan echter van grote invloed zijn op het contrast van het beeld. Het beeld onder toont kleurpotloden bij daglicht en dezelfde pennen verlicht met de verschillende LED’s van de O2D5-sensor.
Lichttype | Let op: |
---|---|
Daglicht (referentie) |
|
Rood licht |
|
Groen licht |
|
Blauw licht |
|
Wit licht |
|
Infraroodlicht |
|
Vanwege reflecties kan het moeilijk zijn om scherpe contouren of gedeelten op glanzende objecten te realiseren. De O2D5-sensoren met RGB-W-lichtbronnen beschikken over een polarisatiefilter dat in- of uitgeschakeld kan worden om het effect van reflecties te verminderen.